Lesje nederigheid

“Ik denk dat dat het was” zegt Petra terwijl ze het nood zee-anker nog vast houdt. Ik kijk haar aan en zie dat ze een beetje aangeslagen is. Ook ik ben behoorlijk onder de indruk van het natuurgeweld dat we net gezien hebben. De wind is weggetrokken en het enige wat is overgebleven is een lege zee, enorme golven en twee aangeslagen zeilers op een dobberende Hafskip.

Een paar dagen daarvoor zijn we aangekomen in Thyboron. Hier willen we wachten tot er een mooi weergat komt om in ruim twee dagen naar Nederland te varen. Na een aantal dagen lijkt er zich een klein weergaatje voor te doen. Een beetje gehaast besluiten we om die middag nog te vertrekken. Onderweg halen we nog een weerbericht op dat al weer volledig verandert is. Ons plan wordt ook aangepast en we zetten koers naar Esbjerg. Een plaats aan de westkust van Denemarken.

Die nacht hebben we een heerlijk windje en we zeilen rustig naar Esbjerg. Halverwege de nacht valt de wind weg en varen we verder op de motor. ’s Ochtends vroeg net buiten Horns Rev, als Petra ligt te slapen, zie ik donkere wolken en lichtflitsen op ons afkomen. “Wil jij de handheld gps even aangeven” roep ik naar de nog half slapende Petra. Door waarschijnlijk de elektriciteit in de lucht werkt de AIS niet meer goed. De omringende schepen zijn ineens van het scherm verdwenen.

“Hier is de gps en het kompas. Ik heb onze positie ook op de papieren kaart gezet zodat we die in ieder geval weten als de gps helemaal wegvalt.” Zegt Petra. Een beetje gespannen wachten we de onweersbui af. Plotseling trekt de wind flink aan. “Zal wel in die bui zitten” zeg ik terwijl we een tweede rif in het grootzeil zetten. Het zou niet harder gaan waaien dan ongeveer 5 Beaufort. Dit is toch al wel meer dan 6 Beaufort denk ik terwijl de wind harder begint te loeien. Omdat het steeds ongemakkelijker wordt om te zeilen besluiten we om het buitje af te wachten en te gaan bijliggen. Dit is een techniek om bij hardere wind de boot nagenoeg stil te leggen. Na het buitje gaan we wel weer verder denken we.

Van de vorige eigenaar van Hafskip weet ik dat ze het beste bijligt met alleen het gereefde grootzeil bijna in het midden. “Dit werkt perfect” roep ik naar Petra. Hafskip is ineens rustig op de golven gaan liggen in een hoek van ongeveer 30 graden op de golven. Hoewel het buiten inmiddels flink tekeer gaat voelt het binnen alsof we in de haven liggen bij harde wind. Onder de buiskap schuilen we voor de regen en de harde wind.

Tegen onze verwachting in gaat de wind niet liggen na een kwartiertje. Het gaat zelfs steeds harder waaien. We liggen al een uur bij en de golven bouwen aanzienlijk op. Op een gegeven moment komen de golven tot bijna halverwege de mast en kijk je tegen een muur van water op. Zijn we al die tijd zo voorzichtig en dan krijgen we dit voor onze kiezen als we één keer wat minder alert zijn, denk ik met lichte zelfspot terwijl ik naar de golven kijk. De wind blaast ondertussen de kopjes van de golven en we weten niet of we nu regen of stuivend zeewater voelen. Met onze rug naar de woeste golven zitten we zwijgend af te wachten. Het rare is dat we al deze tijd een streepje blauwe lucht zien tegenover de windrichting. We houden ons maar vast aan dit streepje en om de zoveel tijd zeggen we “kijk maar het klaart al een beetje op”. Petra kijkt inmiddels niet meer achterom omdat ze de woeste zee niet meer wil zien maar aan de donkere lucht en de enorme golven zie ik dat het voorlopig nog niet opklaart.

De wind trekt aan naar een enge sterkte. De golven zijn in twee uur enorm geworden. De zee is een witte schuimmassa geworden en de wind maakt een geluid dat ik het best kan omschrijven als een angstaanjagend gegil. “Laten we het zee-anker maar klaarmaken, gewoon voor de zekerheid” zeg ik met een brok in m’n keel. Het zee-anker is het uiterste redmiddel als bijliggen niet meer lukt en ook de motor het begeeft. De motor draait nu nog stationair maar ik wil het zekere voor het onzekere nemen. Mijn maag draait zich haast om. Tegenover de windrichting komt namelijk over de hele horizon een wolk aanzetten in de vorm van een lange sigaar. We hebben beide nog nooit zoiets gezien. Als de wind nog harder gaat waaien weet ik niet of het bijliggen nog steeds kan. We liggen inmiddels al behoorlijk schuin. Met het knopenboekje op schoot (als ik niet zo gespannen was had ik er om moeten lachen) knoopt Petra het zee-anker aan een paar lange touwen. De sigaar wolk komt steeds dichterbij. Gespannen zitten we beide onder de buiskap te wachten op wat komen gaat.

Dan ineens zakt de wind in. De wolk komt over ons heen en achter de wolk is het gewoon mooi weer. Alsof we in het streepje blauwe lucht zijn beland. Een beetje verbluft kijken we naar de lucht en zien een stralend zonnetje. “Volgens mij was dat een koufront” zegt Petra Timoffeef (op dat moment kan ik pas weer grapjes maken). We hadden wel eens van een koufront gehoord maar dat het zo heftig zou zijn hadden we nooit verwacht. De zee is helaas niet rustiger geworden en de golven zijn nog erg groot. Op de motor met het zeil in het midden varen we over de enorme golven verder naar Esbjerg. Harder dan drie knopen kunnen we niet omdat we steeds worden teruggegooid door de golven. De hele dag is het weer verder ontzettend instabiel en bij elke rare wolk gieren de zenuwen door ons lichaam. ’s Avonds om ongeveer 22:00 uur komen we eindelijk aan in Esbjerg. We zijn bekaf.

De dagen er na blijven we liggen in Esbjerg. Het weer ziet er niet echt gunstig uit voor de terugtocht naar Nederland. Ook kunnen we op deze manier even onze schrik te boven komen. Inmiddels is het al weer ruim een week geleden en hebben we onszelf herpakt. Achteraf waren we nooit gegaan als we wisten dat dit op de loer lag. Toch zijn we blij dat we het meegemaakt hebben. We hebben ontzettend veel vertrouwen gekregen in Hafskip. Zelfs op het hoogtepunt van de storm lag ze zeer stabiel in het water. Daarnaast was het ook een hoogtepuntje van moedertje natuur. Wat een uitzonderlijk natuurgeweld was dat! Eénmaal meemaken is daarentegen voldoende dus voortaan houden we op de kaarten die fronten nog beter in de gaten.

Helaas hebben we geen foto’s gemaakt van het hele festijn. Pas toen de sigaar wolk over ons heen was kregen we lef genoeg om zelfs maar aan een camera te denken. Met name die wolk had ik graag op de foto gezet. Uit het weerbericht van Henk Huizinga van 22 juni blijkt dat het een flink trog is geweest die ons gepasseerd is. We zijn in ieder geval blij dat het maar relatief kort duurde. Vanaf de onweersbuien tot de wind ging liggen duurde ongeveer 4 uur waarvan we twee uur hebben bijgelegen. Naar de sterkte van de wind kunnen we alleen maar gissen omdat we geen windmeter aan boord hebben. Volgens het boekje was het 9 à 10 Beaufort. Wij vonden het in ieder geval “best een pittig windje”. Op internet hebben we de wolk die we zagen terug gevonden. Het blijkt een zeldzame rolwolk te zijn geweest die inderdaad ook bij een trog kan ontstaan. Hoewel het angstaanjagend was, hebben we dus ook geluk gehad dat we het meegemaakt hebben. Het schijnt dat het ook kan ontstaan bij een rustig windje. Dat was misschien wel net zo prettig geweest (understatement van het jaar). Al met al een angstaanjagend, overweldigend en schitterend avontuur tegelijkertijd. En ja, was deze reis niet om het avontuur te doen?

dit plaatje hebben we van internet gehaald. "onze" wolk
zag er precies zo uit. f*cking eng als die in een storm
op je af komt!
weerkaartje van die dag. dat 'trogje'
bij Denemarken zie je zo over het
hoofd.
de boot wordt eens goed ontzout. Zelfs onder
de buiskap is het zout van het stuivende water
ook de pakken worden even
lekker zoet gespoeld
na een tijdje gaat Petra de weerkaarten
weer bestuderen
verfijnde techniek van Petra om ruimte te creëren.
ruimte zat op de Hafskip!
'pittoresk' haventje in Esbjerg

Reacties

  1. Gerben: Ik denk dat je wel even hebt terug gedacht aan je veilige bureautje aan de Karel Doormanstraat. Je kunt overigens smakelijk vertellen. Wel eens nagedacht over het schrijven van een boek? Erg leuk om jullie avontuur te kunnen meebeleven.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Spannend avontuur! Goed te horen dat de bij-lig-truc goed werkte. De truc van Petra om meer ruimte te creëren had ik eerder moeten weten ;-)

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten